‘Je had die big smile op het gezicht van mijn dochter moeten zien. Toen ik haar ‘s avonds in bed stopte, lachte ze nog. Ze had die dag gespeeld. Met andere kinderen. Haar beperking was even geen issue, ze was gewoon een kind dat lol maakte met andere kinderen. Dat je dat teweeg kunt brengen met een spelletjesmiddag. Daar doe je het voor.’
Dit lachende meisje is de jongste dochter van Miranda Leeuwis. Ze is meervoudig gehandicapt, maar bovenal is ze kind. En wil dus spelen – met andere kinderen. Leeuwis: ‘De buurtsportcoach van Scherpenzeel had ons als Speeltuinbende Barneveld uitgenodigd om van de vaste spelletjesmiddag – Spelenkar – een samenspeelmiddag te maken. We hebben de spelvormen een beetje aangepast, zodat alle kinderen eraan mee konden doen. Kinderen met een beperking zijn actief uitgenodigd. Het was niet alleen een feest voor die kinderen, ook voor de andere, ‘gewone’ kinderen en hun ouders was het goed om te ervaren hoe leuk het is om samen te spelen.’
De middag had nog een onverwacht gevolg. De Gelderse Sport Federatie zat aan tafel en raakte enthousiast. Die heeft intussen een SamenSpeelBelofte gedaan en gaat samenspelen aanjagen via haar netwerk van scholen, sportclubs en buurtsportcoaches. Dat leverde direct iets op. Leeuwis: ‘Een basisschool in Doetinchem zocht contact met de Speeltuinbende Barneveld. Die school wil graag het schoolplein zo inrichten dat het een inclusief speelplein wordt. Naar aanleiding van onze informatie heeft deze school gesprekken met kinderen gevoerd over samen spelen. En in de Week van de Toegankelijkheid geef ik een gastles Inclusief Spelen met spellen uit de Samenspeelkist.’
Maatschappelijk middenveld
Ondanks deze positieve ervaringen is Miranda Leeuwis ook kritisch. Want het komt niet vaak voor dat haar dochter wordt uitgenodigd om mee te spelen. ‘Inclusie blijft nog veel teveel een zaak van mensen met een beperking. Of kinderen met een beperking samen kunnen spelen hangt af van de moed die hun ouders hebben om steeds weer van zich te laten horen. Maar om echt wat te bereiken heb je het brede maatschappelijk middenveld nodig: scholen, kerken, welzijnsorganisaties, jeugdwerk. En daar zie ik nog te weinig initiatieven vandaan komen. Soms werkt er toevallig iemand die het snapt en iets onderneemt. Maar ik zie te weinig intrinsieke motivatie bij de organisaties en bij de politiek. Natuurlijk zegt iedereen dat het belangrijk is dat kinderen samen spelen en samen opgroeien. Maar ik zie het nog te weinig terug in wat er echt wordt gedaan. Kijk alleen al naar de communicatie. Wat laat je zien? De gebruikte beelden bevestigen vaak het stereotype denken. Als het over zorg gaat: alleen foto’s van ouderen. Gaat het over sport en spel? Rennende en klauterende kinderen. Geen kind met een rollator, in een rolstoel of met een blindenstok dat meedoet. Het beeld laat nog te vaak geen inclusief spel en diversiteit zien waarin alle kinderen zich kunnen herkennen.’
Wat volgens Leeuwis echt een verschil kan maken is inclusief onderwijs: ‘Op school breng je zoveel tijd door samen, het is zo’n groot deel van je leefwereld. Maar als kinderen niet samen naar school kunnen, blijven samen leven en samen spelen ver weg.’
Stem luider laten horen
Toch boekt Miranda Leeuwis vooruitgang. ‘Er is nu in ieder geval aandacht voor de fysieke toegankelijkheid, met name op centrale speelplekken.’ Maar fysieke toegankelijkheid leidt niet automatisch tot inclusie. Daarom heeft Leeuwis ook contact gelegd met lokale welzijnsorganisaties die het belang van inclusief spelen ondersteunen, zoals het Centrum voor Jeugd en Gezin in Barneveld en de buurtcoaches van Welzijn Barneveld. ‘Waar ik heel blij mee ben, is de samenwerking met de afdeling mantelzorg van Welzijn Barneveld. Daarmee organiseren we nu een ouderochtend voor ouders van ‘bijzondere kinderen’. Het is een manier om nieuwe ouders te bereiken. Want het valt voor ons als ouders niet mee om elkaar te vinden. We hebben geen schoolplein waar we elkaar vanzelf tegenkomen. We hebben te maken met verschillende beperkingen en verschillende vormen van zorg. En veel energie gaat naar verzorging, niet elke ouder denkt meteen aan het belang van spel. Ik hoop dat we via deze contacten de Speeltuinbende kunnen uitbreiden en onze stem luider kunnen laten horen.’
Dit artikel verscheen eerder in BuitenSpelen 2021-3. Tekst: Marian Schouten